Sneeuw in de zomer?!

Dat geloof je vast niet. Maar het kan wel! Hieronder leggen we uit hoe wolken ontstaan en hoe het heel hoog in de lucht zelfs kan sneeuwen in de zomer.

Neerslag uit wolken
Regen is een vorm van neerslag die ontstaat door waterdamp. Het water uit rivieren, sloten, meren, oceanen en zelfs uit planten wordt opgewarmd door de zon. Door de warmte verdampt het water in hele kleine druppeltjes. Deze kleine druppeltjes stijgen op en vormen een wolk, waarin ze samen nog grotere druppels worden. Als deze te zwaar worden, vallen ze naar beneden. Dat noemen we neerslag of regen.

Wist je dat één regendruppel kan bestaan uit miljoenen kleine wolkendruppeltjes?

Hoe hoog zijn wolken?
Je hebt vast gezien dat wolken in veel verschillende vormen en maten voorkomen. Soms zijn het witte strepen in de lucht, soms zijn het grote, grijze bollen. Deze verschillen ontstaan door bijvoorbeeld de typen wolk, de temperatuur, de luchtdruk of de vochtigheid.

Ook tussen de hoogtes van wolken zit verschil. Ze kunnen 2000 meter hoog aan de lucht staan, maar soms ook wel 10.000 meter! 

Van sneeuw naar regen
Een wolk zweeft meestal zo hoog in de lucht dat de druppeltjes in de wolken bevriezen. Het kan op hoogtes van 8 tot 12 kilometer in de lucht zelfs -50 of -60 zijn! Heel hoog bovenin vallen bevroren druppels uit de wolk: sneeuwvlokken. Hoe verder de neerslag naar beneden valt, hoe warmer de lucht wordt. De sneeuwvlokken verdampen door de warme lucht, en zo ontstaat regen.

In de winter is de lucht beneden op aarde minder warm. Als de temperatuur onder het vriespunt komt, blijven de druppels bevroren en hebben we sneeuw!

Waarom worden wolken grijs bij regen?
Als er veel druppels in een wolk hangen, wordt een wolk zo dik dat het zonlicht er niet meer doorheen kan schijnen. De druppels weerkaatsen het licht van de zon, waardoor het onder de wolk donker wordt. Daarom zien we vaak grijze, donkere wolken in de lucht vlak voor een grote regenbui.