Hokje

Oh dokter, dokter help. Ik weet niet hoe het komt maar in mijn hoofd gaat het vanzelf. En het is echt superstom. Maar ik hoef maar naar je te kijken, naar je bril of de kleur van je haar, naar de tattoo op je arm of de ring in je neus. En meteen heb ik mijn mening klaar. Ik stop je in een hokje. Ik plak meteen een label op je. In een jeans of een rokje. Ik vink gelijk een hokje aan. Oh ik zie je. Ik maak meteen categorieën. Misschien is het een ziekte. Dokter help me, help me. Want ik stop alles in een hokje. Ik stop alles in een hokje. Die is slim, en die is dom. Die is gevaarlijk, dus ik loop een blokje om. Ben je een kakker, ordi, alto of student? Dan weet ik al precies hoe je bent. He, nou doe ik het weer. Wanneer is dit begonnen? Vroeger was ik nog een oordeelloze jongen. Het wordt alleen maar ongezonder. Oh, ik kan er niks aan doen, maar ik stop je in een hokje. Ik plak meteen een label op je. Draag je nou een blouse of een topje? Ik vink gelijk een hokje aan. Is er misschien een medicijn om hokjesvrij te kunnen zijn en jou te zien zoals je bent, zonder mijn vooroordelen. Dokter, help me alsjeblieft. Ik stop je in een hokje. Ik plak meteen een label op je. Ik zou wel willen, maar het gaat niet uit mijn kopje. Ik vink gelijk een hokje aan. Oh, ik zie je, ik zie je. Ik maak meteen categorieën. Dokter help me, want ik stop alles in een hokje.