Welke muziek en dans horen er bij capoeira?
Bij capoeira leer je niet alleen te bewegen maar je leert ook instrumenten spelen en liedjes zingen. En capoeira heeft zijn eigen typische instrumenten. Zo heb je de berimbau. Dit is een snaarinstrument. Dit is de pandeiro. Een soort tamboerijn. Dit is de atabaque. Dan heb je nog de agogo. En tot slot de reco-reco. Een soort rasp. De muziek heeft een vast ritme dat zich steeds herhaalt. Er wordt in het Portugees gezongen. Er is een hoofdzanger en de anderen geven antwoord. Nu heb ik zin om ook de bewegingen te leren. We beginnen met de basispas, de ginga. Klaar voor? Omlaag. We gaan nu negativa doen. Door je knieën. En opzij, knie naar voren. En terug. Ik begin er lekker in te zitten. Ja, goed zo, Serah. Ik heb het wel heet. Woehoe! Heel goed. Super. Zo veel dingen tegelijk. En vamos! Woe! Aan een stuk door! Oké, ja, ja. Woe, helemaal rood ben ik volgens mij. Het is eindelijk zover. Tijd voor de roda. Zijn jullie er klaar voor? Ja! Oké, daar gaan we. Roda is Portugees voor cirkel. Je schrijft roda, met een r dus. Maar in het Portugees spreek je de r uit als een h. Dus 'hoda'. Tijdens de roda, die vaak een uur of langer duurt worden de rollen steeds afgewisseld. Dus de instrumenten worden doorgegeven en er komen telkens weer nieuwe mensen in het midden. De leider speelt op de hoofd-berimbau en bepaalt als een soort van dirigent de muziek en de energie. Als het goed is, vloeit alles in elkaar over. De muziek en de mensen en de bewegingen, alles wordt zeg maar één. Ja. En je komt in een soort flow terecht eigenlijk. Ja. Mooi dat je iets met een groep doet en die geeft zo'n energie mee. Voor mij geeft capoeira zo ontzettend veel energie. Zo'n roda geeft mij zoveel energie dat ik gewoon een week daarna nog energie heb. Wat een vette dag. Woehoe!