Wat is Kungfu?

Het ontstond meer dan 1500 jaar geleden in China. Letterlijk betekent het vaardigheid. Wij kennen het vooral als vechtkunst. Met spectaculaire sprongen, luchttrappen en vechten met verschillende soorten wapens. Maar het is veel meer dan dat: Kung Fu! Kung Fu is een hele levensstijl waar je iedere dag mee bezig bent. Het is niet alleen vechten met of zonder wapens, het heeft ook een zachte kant, Tai Chi. Daarmee laat je de energie stromen door langzame gecontroleerde bewegingen te maken. En Kung Fu is ook meditatie, waarin je je geest traint naar een hoger niveau. Het doel is het ontwikkelen van een gezond lichaam en een gezonde geest en die met elkaar in evenwicht brengen. En ik kan niet wachten want ik krijg zo Kung Fu-les van een echte wereldkampioen: sifu Henny Eleonora! Al jarenlang beoefent u Kung Fu. Maar hoe is Kung Fu ontstaan? Dat is een lang verhaal. Het systeem dat wij hier doen, is ontwikkeld in de Shaolin Tempel in China. Bij de Chinese monniken. Na veel jaren van trainen is ontwikkeld wat wij hier doen. Wat is het doel van Kung Fu dan? Het doel van Kung Fu is eigenlijk een manier om jezelf beter te leren kennen. Dat kun je bereiken door verschillende soorten oefeningen te doen. Verschillende elementen, zoals wij vandaag hier doen. Is het voor jong en oud? Het is voor iedereen, voor jong tot oud. Ik doe wel eens aan karate, kickboksen. Ik denk bij Kung Fu aan hoge, spectaculaire sprongen en vechten met wapens. Dat wil ik doen, eigenlijk. Dat wil iedereen, maar eerst de basis! Als het fundament niet goed is, dan zijn de andere dingen niet goed. We beginnen met de eerste stand, Ma Bu. 1: Maak je voet open, 2: de stand speer. 3 en 4: dat zijn 4 hoeken. Maak dit horizontaal en hou je lichaam recht. Trek je billen naar binnen. Merk je hoe moeilijk dat is? Ja. Daarom is de basis belangrijk. Bij het tweede stukje draai je met je lichaam, we gaan Gung Bo staan. Dus je strekt dit achterste been en draai je lichaam. Dan draai je terug naar achteren, een stapje naar achter. Ga dan je been achter plaatsen. Ietsje meer naar achter, ja, dan kruis je. Hou je lichaam recht. Draai de voet een beetje en ga helemaal naar beneden. We zakken erin, naar Pu Bu, helemaal naar beneden zitten. Zwaar, hoor! Bij al die basisvormen heb je ook nog een moeilijkere vorm, zoals de Kong Bo, trapstoten. En de Pu Bu, dat is eigenlijk een hoog-laagstand waar je flexibel voor moet zijn. Daar moet je veel voor trainen! Dit hoort ook bij Kung Fu, de leeuwendans. Hij wordt uitgevoerd op Chinese feestdagen om boze geesten te verjagen en voorspoed en geluk te brengen. De twee Kung Fu-atleten die de leeuw laten bewegen, moeten goed getraind zijn, want dit is onwijs moeilijk! Wat maakt dit nou zo moeilijk? Bij de leeuwendans is het belangrijk dat je de standen goed weet. Kracht bouwen, combinatie, flexibiliteit en vooral samenheid. Heel veel dingen tegelijk. Ja. Zo hee! Dat maakt Kung Fu zo mooi. Dat alles samen komt. Ja en veel kracht. Voor mij echt veel te moeilijk om zo'n leeuw te laten bewegen. Maar ik wil eigenlijk ook gewoon naar de trappen toe! Zoiets? Die sprongtrappen zijn zo onwijs spectaculair! Die zijn heel vroeger ontstaan om iemand van z'n paard te kunnen trappen. Dat wil ik ook wel leren! We nemen twee stappen, links rechts en dan zetten we ons af, ja? Dit is meer ballet, volgens mij. Juist, dat is de schop die je doet. Ik moet vaker terugkomen om dit te kunnen. Na een paar jaar kan ik het ook heel goed. Mag ik nog een keer zien hoe het moet? Kung Fu kent ook een gewapende vorm. Kijk wat voor wapens je daarvoor hebt, niet normaal! Ik zie messen. Ik zie ook speren. Een speer met een kronkelvorm. Zwaarden. Hier, dat gebruikten ze volgens mij in de Middeleeuwen. Vroeger gebruikten ze deze wapens als verdediging tegen de wilde dieren. De tijgervork is bijvoorbeeld als een hooivork waar ze vroeger als gereedschap mee werkten. Dat gebruiken ze nu als een wapen. Al die wapens werden steeds beter ontwikkeld voor de vechtkunst. Check dit, een dubbelzijdig wapengevecht tussen Ricardo met een speer en Miro met Dubbel Too. Oh, kijk hoe die wapens elkaar raken. Wat een kracht, lenigheid, souplesse, snelheid! Wat een spektakel! Respect voor deze mannen, respect voor Kung Fu. We beginnen met de stok. Ja, we beginnen eerst met de basis van de stok. Om snelheid te kunnen krijgen, draaien, souplesse in de taille. Meer in de polsen kunnen draaien en het lichaamsgevoel krijgen om met de stok te verdedigen en aan te vallen. Een been naar voren. Draaien, draaien naar de zij. Ja, naar voren en dan weer naar achteren. Dat is de five flower. Haha! Hij kwam precies verkeerd. Bij de gewapende vormen van Kung Fu begin je met een stok en hoe beter je wordt, hoe moeilijker de wapens. Hou de stok vast, hij staat en je wilt hem aanvallen. Dus je steekt 'm een keer, je steekt 'm. Prikken, prikken! Heel mooi, heel mooi. Stel hij valt je aan op je zijkant, dan moet je kunnen verdedigen met de stok. Boven verdedigen en wegspringen. Ik voel me een stuk veiliger, maar nu de grootste uitdaging: vechten tegen Miro. Ja. Miro is een goede stokvechter. Ik denk dat je er klaar voor bent. Ik hoop het. Laten we ervoor gaan. Ik heb 't gewoon gedaan! Maar het echte werk laat ik toch liever aan de echte Kung Fu-mensen over.