Hoe ontstond het leven op aarde?

We gaan helemaal terug naar de geboorte van onze planeet. En dat is waanzinnig lang geleden, maar liefst 4,6 miljard jaar. De aarde is dus al heel oud, vooral als je bedenkt dat wij mensen nog maar een paar miljoen jaar bestaan. Heel kort eigenlijk. Die jonge aarde lijkt nog helemaal niet op nu. Je kan er nog lang niet leven, het is er veel te heet. Overal zijn vulkaanuitbarstingen en lavastromen. Het duurt maar liefst een miljard jaar voor de aarde is afgekoeld en er overal zeeën zijn ontstaan. En in de zee, in het water, ontstaat dan het eerste leven. En dat zijn niet gelijk grote haaien of vissen, het begint met piepkleine eencelligen, oerbacteriën. Dat lijkt niet veel maar het is enorm belangrijk. Want zonder oerbacteriën geen jij of ik. Stel dat dit een klok is. En om twaalf uur is de aarde geboren. Dan ontstaat hier het eerste leven: de oerbacterie. En dan duurt het echt enorm lang voordat die oerbacteriën zich gaan ontwikkelen. Pas hier, 540 miljoen jaar geleden is het niet meer te heet op aarde, niet te koud en is de temperatuur precies goed. Er heeft een explosie van leven plaatsgevonden in de zee. En er is zelfs een groot roofdier ontstaan, een soort schorpioen met messcherpe tanden. En zo begint het leven op de planeet: in de zee. Er zijn al duizenden diersoorten. En sommige van die diergroepen bestaan nu nog steeds. Bijvoorbeeld deze koralen. Of zee-egels. En deze degenkrabben, hier in dierenpark Emmen. Die bestaan al zeker 400 miljoen jaar. Dat is dus al lang voor er dinosaurussen waren. Hoe weten we nou dat ze zo oud zijn? Dat komt door dit soort fossielen. En dat zijn versteende planten of dieren. Als zo'n dier doodging, kon het bedekt raken met een laag zand of klei dat door de tijd heen in steen veranderde. Als je dit fossiel van de degenkrab vergelijkt met een levende dan zie je dat hij er nog precies hetzelfde uitziet. Dat is toch ongelooflijk! Wat je in deze tijd ook ziet, is dat dieren een ruggengraat gaan ontwikkelen. Dat is natuurlijk heel handig, een soort steunpilaar voor het lichaam. Daardoor kunnen bijvoorbeeld vissen veel groter worden. En na een tijdje krijg je dan dit soort jongens. Roggen en haaien. Maar in die tijd waren de haaien veel groter dan nu. Het waren monsters van soms 15 meter lang. En als zo'n haai zijn bek opendeed, dan kon ie jou met gemak rechtopstaand opvreten. Hoewel het in de oceanen al stikt van het leven, is het land nog helemaal leeg. Kale rots. Er groeit helemaal niks. Zelfs geen mos. En er zijn ook nog geen dieren. Dat komt door de UV-stralen van onze zon die op de aarde neerkomen. En die zijn hartstikke dodelijk. Je zou gewoon verbranden. Maar ook dat gaat veranderen. Heel langzaam ontwikkelt zich een beschermende laag rondom de aarde. Tegen die gevaarlijke straling. Het is de ozonlaag. De ozonlaag wordt steeds dikker. En dan gaat het ook op het land van start. Het begint klein, met mossen en daarna varens. Ze bedekken de aarde en brengen steeds meer zuurstof in de lucht. Waarna er in snel tempo bomen komen. In zee ontwikkelen sommige vissen longen in plaats van kieuwen. Daarmee kunnen ze dus boven water ademhalen. Zoals deze soort. Het is de longvis. Bij sommige veranderen de vinnen langzaam in poten waarmee ze het land op kunnen kruipen. Tadaa! Dit is een van de belangrijkste momenten in onze geschiedenis. Voor het eerst kunnen dieren op het land gaan leven. En nu gaat het echt los! Onze aarde, 350 miljoen jaar geleden. Mensen zijn er nog lang niet, maar het aantal planten en bomen op aarde groeit snel. Daardoor komt er steeds meer zuurstof in de lucht. Er ontstaat een wereld vol met monsters. Er zijn bijvoorbeeld reuzeninsecten, zoals deze libelle. Zo groot als een arend. En er zijn mega-pissebedden, duizendpoten en schorpioenen. Zo groot als wolven. Voor het eerst kunnen dieren nu ook eieren op het land gaan leggen. Eieren die niet uitdrogen en waarin de jongen zich kunnen ontwikkelen. Hiermee breekt dus weer een nieuwe tijd aan. De tijd van de reptielen. Dieren met longen en een taaie, geschubde huid. En die kennen we nu nog steeds. Zoals bijvoorbeeld de hagedis. Uit de kleine hagedissen ontwikkelen zich na een hele tijd onder andere dit soort reptielen. Leguanen en krokodillen. Oeroud al dus. Maar ook verschillende reuzenreptielen. Bijvoorbeeld deze scutosaurussen, verre familie van de schildpadden. Of deze heel gevaarlijke gorgonopsia. Maar aan dit tijdperk komt 250 miljoen jaar geleden plotseling een einde. Enorme vulkaanuitbarstingen zorgen voor een massaal uitsterven van bijna alle dieren in de zee en meer dan driekwart van de dieren op het land. Het is nu bijna niet meer voor te stellen, maar het is echt gebeurd. Lang geleden. En er gaat nog heel wat gebeuren voor jullie ontstaan. En jullie met je strepen. En wij zelf. Want het verhaal is nog lang niet ten einde.