Wie was Boeddha?

Lang, lang geleden wordt er in het huidige Nepal, een prinsje geboren: Siddharta Gautama. Zijn ouders krijgen te horen dat de kleine OF een groot heerser wordt, of juist alle aardse zaken verwerpt en geestelijke verlichting bereikt. Vader heeft een voorkeur voor het eerste en dus wordt de kleine prins in een prachtig paleis geparkeerd met de piekfijnste spullen. Toppie toch? Wait for it. Op zijn 29ste komt Siddharta voor het eerst buiten. Dan blijkt dat het leven niet voor iedereen toppie-joppie is. Hij besluit zijn luxe en genot in de vuilnisbak te gooien, en wordt monnik. Hij ontdekt het mediteren, kruipt onder een boom en komt na 49 dagen tot inzicht over het lijden van de mens, en hoe dat kan worden weggenomen. Siddharta ontwaakt, is verlicht en vanaf dat moment: de Boeddha! Boeddha leert ons om ons minder te hechten. Aan spullen, maar ook aan emoties. Dan hoef je namelijk ook niet treurig te zijn, als het weer voorbijgaat. Ook het leven van Boeddha zelf, is niet voor eeuwig. Maar tegenwoordig is-ie niet te missen. Binnen zijn eigen boeddhisme, maar ook als overmaatse tuinkabouter. Nee, niet die dikke. Da’s weer een andere monnik. Op de echte Boeddha hoeft geen lampje. Want die is van zichzelf al verlicht!